zondag 21 september 2014

Mergelheuvelland 2 daagse

Het schaatsseizoen staat bijna voor de deur, de ijsbaan in Heerenveen is al weer open en twee CENNED-ladies (Ankie en Maria) hebben zelfs al op het ijs gestaan. Maar voordat het seizoen écht kan beginnen stond er nog een laatste trainingsimpuls op de fiets op het programma: de Mergelheuvelland 2 daagse in Limburg. Op vrijdag verzamelden we aan het begin van de middag bij een klein hotel in Gulpen, en omdat het zonnetje nog zo lekker scheen werd de zomer-outfit verruilt voor de fietskleding om rustig een rondje te toeren. Geen steile klimmetjes, geen lange tochten, gewoon rustig fietsen; op zaterdag en zondag zouden we al 160 en 120 km fietsen. Het enige echte klimmetje van naam op het programma wat Alida voor ons bedacht was de Koning van Spanje, de minst steile kant van de Gulperberg. We sloegen ergens rechts af, en nog een keer links af, en hoewel ik het even niet direct herkende, was ik er toch vrij zeker van dat dit niet de weg naar de Koning van Spanje was. Alida riep dat ze ons toch, per ongeluk, de steilere kant van de Gulperberg op stuurde, vanuit het dorp, maar dat het rondje daardoor iets korter was. Die kant had ik eigenlijk nog nooit beklommen, eens moet de eerste keer en dat hij dan ook op zondag al in het parcours zat vond ik niet zo erg. Het was een steil, gemeen klimmetje, maar eenmaal boven bleek dat het helemaal niet de Gulperberg was waar we bovenop stonden. Dat boerderijtje links hoorde toch echt bij de beklimming van de Doode Man. Alles lijkt ook zo op elkaar in Limburg… Uiteindelijk vonden we toch ook de weg naar de Koning van Spanje en daarna terug naar het hotel. Het was bijzonder warm buiten, en dus brachten we de rest van de avond door op het terras; van brasserie voor het diner en van het hotel voor de borrel.

Op zaterdag ging de wekker al vroeg, om 7 uur zaten we aan het ontbijt; we waren daarbij niet alleen, aan het tafeltje achter ons zat een groepje vriendelijke mannen uit het Westland waar Ankie heeft leren fietsen. Anderhalf uur later stapten we op de fiets voor 160 km door voornamelijk België. Al na 200m sloeg Alida links af, op haar programma stond vandaag 90 km, en zetten wij aan om bij twee mannen aan te sluiten die ons misschien wel uit de wind zouden willen houden vandaag. Al snel besloten we ze toch maar te laten gaan, ze gingen net te hard omhoog dachten we. We vinden aansluiting bij een ander groepje, wat we weer kwijtraken in een klimmetje, en tot onze verbazing komen we toch weer in het wiel van de eerste mannen. Annemarie maakt een gezellig praatje met een van hen, maar dan komt de eerste verzorgingspost. We genieten nog van de gevulde koeken en (stroop)wafels als zij weer op hun fiets stappen. Snel springen we er achter aan, en uiteindelijk rijden we gezellig gezamenlijk met hen op tot bijna 110km. Er staan steile klimmetjes op het programma (Rue Tesny; ongeveer 1km met stukken van 19-23%!) of juist mooie langere klimmetjes (Cote de Fôret; 3km), maar één ding is zeker: het is toch af en toe wel flink afzien. Maar gelukkig valt er ook wel eens wat te lachen. Zo halen we in een klimmetje een man in met op zijn wielershirt de tekst “vrienden van het platteland” en Ankie vraagt zich af of hij hier dan wel op de goede plek is. Of als we bijna Nederland weer binnen rijden: we steken een drukke weg over bij een fiets-stoplicht, maar er kruizen toch ook ineens auto’s van de andere kant en nadat iedereen verbaasd “Huh?” riep antwoordt Annemarie heel droogjes “Ja, België hè!”. Bijna de hele dag schijnt het zonnetje fel, met nog 40km te gaan horen we het onweer in de verte rommelen en vallen er toch een paar druppels. Maar echt regenen komen we niet tegen, hoewel terug in Nederland blijkt dat we mooi achter een dikke bui aan zijn gereden. De weg was flink nat, en dus konden we bij terugkomst in het hotel onze fietsen nog even poetsen. En hoewel het even dreigde te gaan regenen tijdens het diner, hebben we tot laat weer lekker op het terras van het hotel buiten kunnen zitten.

’s Nachts barstte het regengeweld helaas in alle hevigheid uit, en om 7 uur aan het ontbijt zag het er buiten niet al te best uit. Met de iPad van Alida werd de buienradar geraadpleegd, en dat zag er niet zo best uit: flinke regen in het zuiden van Limburg tot zeker half 11. We probeerden de regen weg te kijken en weg te blazen, maar de weersverwachting stelde zich niet echt bij. En dus wachtten we, en wachtten we en hoopten we er maar het beste van. Om 9 uur was het nog niet beter, leek de straat voor het hotel zelfs een snel stromende rivier te zijn geworden, en leek het een kort dagje te worden. Maar we konden starten tot 11 uur, en dus pakte Ankie haar spel speelkaarten om maar weer eens een spelletje Rummikub te spelen. Dat ging best, hoewel het duidelijk meer tijd kostte dan een potje met gewone stenen. Een uurtje later werd het toch soort van droog, dus kleedden we ons snel om, pakten de bus en auto in en reden naar de start. We waren een paar minuten te laat, maar mochten toch nog van start. Ditmaal zonder mannen om ons uit de wind te houden, en voor maximaal 100 km in plaats van de 120 waar we ons voor hadden ingeschreven. De weg was nat, en al snel zaten we onder de dikke modderspetters. Volgens de route op internet zouden we na 25 km eerst de Koning van Spanje afdalen om vervolgens de Gulperberg vanuit het dorp te beklimmen. Maar de pijltjes op de berg leidde ons bovenlangs naar de eerste verzorgingspost om daarna naar Partij af te dalen. Niets, geen Gulperberg vanuit Gulpen zelf, dat was wel even balen. Maar ja, de route ging vervolgens nog wel over de Eyserbosweg, over de Doode Man, door de Mergelgrotten (wat een bijzondere ervaring was), over de Cauberg en tot slot over de Bemelerberg om na ruim 80 km terug te keren bij de start/finish. De natte weg zorgde nog wel even voor een klein oponthoud-momentje: na ongeveer 35 km kreeg Ankie een lekke band. Maar met hulp van Annemarie haar bandenknecht was de band snel verwisseld. Wat Ankie haar pompje daarna precies in de band heeft gestopt blijft een raadsel, maar een feit blijft dat Ankie daarna wel omhoog vloog. De warme douche na afloop was hard nodig, en na een stukje vlaai (want ja, je bent wel in Limburg..) keerden we terug naar huis.

Komende week staan Annemarie en ik ook al een keer op het ijs, dus wat ons betreft staat de zomer-knop uit en de winter-knop aan. Wij zijn er klaar voor!

Groetjes, Birgit