zaterdag 24 januari 2015

KPN Grandprix 1 - Weissensee (AKM)

Het is half 6, woensdagochtend, eigenlijk veel te vroeg om op te staan, maar toch spring ik bij het horen van mijn wekker onder de dekens vandaan. Vandaag gaan we naar de Weissensee! Vorig jaar werkte ik nog bij de organisatie, maar dit jaar is dat heel anders, dit jaar start ik in de koersen.
De eerste stop is in Hoogeveen, daar pikken Alida en ik Birgit & Ankie op, daarna rijden we in 1 ruk door naar Techendorf. De reis verloopt voorspoedig, aan het begin van de avond komen we aan bij ons appartement. Na het uitpakken genieten we van een bord snert, gemaakt door de moeder van Ankie.

Donderdag ontbijten we om 8u en vertrekken we vervolgens naar het ijs: we willen even 1,5 uur op het ijs staan, uiteindelijk komen we er na een kleine 2 uur vanaf... Daaruit valt op te maken dat het ijs goed is en wij best lekker in de rondte toeren. Na afloop van de training gaan we voor de 3e ronde: een herstelomel in de tent, niet te onderschatten. Mocht u zich afvragen wat een herstelomel is: een herstel chocomel met of zonder slagroom, afhankelijk van de voorkeur van de drinker.
De rest van de dag bestaat uit boodschappen doen, weer even naar de tent fietsen, een boekje lezen: ons aanpassen aan het ritme van de Weissensee. ’s Avonds gaan we de strijd met elkaar aan, er wordt ouderwets gerummicubt, we hebben het gezellig.
Op vrijdag is het schema hetzelfde, we proberen in het wedstrijdritme te komen. Ontbijten om 8 uur en op het ijs om half 11. Dit keer rijden we iets minder lang, omdat er toch wat lichamelijk ongemak is na de eerste natuurijsdag van gisteren. Uiteraard volgt de gang naar de grote tent: even bijtanken.
’s Middags komt onze masseur aan, uiteraard vereren we hem met een bezoekje. Jurjen (de masseur) heeft zijn eigen koffiezetapparaat meegenomen, echt super chill, dus we drinken gezellig een bakkie en kletsen bij. Dan komen we ook tot de conclusie dat het ritme wat we aan het opdoen zijn helemaal niet strookt met dat van de wedstrijd, we starten om 9 uur i.p.v. half 11. Dat betekent vanavond niet te lang spelletjes spelen en op tijd naar bed. Slapen lukt me de nacht voor de koers altijd maar matig, ik voel toch al enige spanning, dus ook deze nacht verloopt niet helemaal zoals ik in mijn hoofd had.

Zaterdag, de dag van de Aart Koopman Memorial. Goed ontbijten, we hebben de energie straks heel hard nodig. Ik vraag me af of ik gespannen ben. Voel ik kriebels of ben ik nou echt zo rustig als het lijkt. Dat kan haast niet, dit is de 3e keer dat ik in deze wedstrijd start en de laatste keer was toch echt in mijn vorige schaatsleven, in 2010. Aangekomen bij het ijs kom ik, na enig klankborden met mijn ploeggenoten Ankie en Birgit, tot de conclusie dat inlopen in meerdere laagjes kleding nog steeds bijzonder oncomfortabel is. Toch jammer. Inmiddels hebben Jurjen en de vader van Birgit onze verzorgingstent opgezet, een solide exemplaar met een prachtige banner op de voorkant. Hier kunnen we ons prima in omkleden en even focussen voor de start.
Om 9 uur klinkt het kanonschot: we zijn gestart. Na een paar honderd meter besluit ik even een stuk op kop van het peloton te gaan rijden, om te testen hoe ik over het ijs ga en een beetje zelfvertrouwen op te doen. Voelt toch wel machtig, het aanvoeren van zo’n grote groep dames. Gedurende de koers zijn er diverse uitloop pogingen, Ankie en Birgit springen vrijwel altijd mee, ze rijden heel attent. Ik probeer vooral voorin te zitten en ze op te vangen waar nodig. Af en toe pak ik de kop om wat af te stoppen of sluit ik aan bij een achtervolgende trein. Al vrij snel kom ik tot de conclusie dat ik het rijden op natuurijs nog niet verleerd ben: het gaat verdorie hartstikke lekker! Ik word een beetje enthousiast en besluit de benen nog wat meer te testen: in het voorste gedeelte van het peloton, daar wil ik blijven zitten. Mijn zelfvertrouwen groeit en ik zeg tegen mezelf: Britt, je kunt vandaag top 20 rijden, dit ga je je niet laten ontnemen! In de laatste ronde schuif ik nog wat verder naar voren en tot mijn verbazing kan ik op het laatste stuk, naar de finish, zo naar de kop van de groep rijden. Even vraag ik me af of we misschien nog heel ver moeten.. Het zal toch niet zo zijn dat ik bij de top 15 kan finishen?! ‘He, ik zie de finishboog!’ ‘Ik zie de eerste rijdsters’ ‘Sprinten Britt, doortrappen, je bent er bijna’. Dit is een selectie van mijn gedachten de laatste paar honderd meter. De laatste 50 meter zijn mijn hersenen, zo voelt het althans, doordrenkt met melkzuur, geen gedachten meer, alleen nog maar zo snel mogelijk bij de lijn willen zijn, klaar willen zijn.
Ploeggenootje Birgit rijdt een paar plekken voor me. Ankie reed achter me, maar wordt onderuit gereden door een kamikaze pilote. Uiteindelijk gaat mijn schaats als 12e over de finishlijn. Birgit wordt netjes 6e. Ankie komt er even later ook aan. Gelukkig heeft ze zich niet heel erg bezeerd, haar pak daarentegen is niet helemaal ongeschonden uit de strijd gekomen.
We zijn tevreden met de koers, team CENNED heeft zich goed laten zien. Ikzelf ben nog een beetje beduusd… 12e… Dat had ik niet durven dromen toen ik vorig jaar deze koers volgde vanuit de organisatietent. Heel gaaf! Ik ben trots op mezelf en natuurlijk ook op mijn teamies en onze verzorging, want zij zijn onmisbaar tijdens wedstrijden als deze.

Na afloop krijg ik heel veel lieve berichtjes. Bedankt allemaal! Nu goed herstellen en op naar maandag, de ploegenachtervolging en woensdag, het Open Nederlands Kampioenschap. Laat maar komen, we zijn er klaar voor!

Britt